"Ondanks een demissionair kabinet zijn er op Prinsjesdag 2023 aanzienlijke fiscale veranderingen aangekondigd voor de komende jaren. Daarom is het de moeite waard om in deze laatste weken van 2023 te bekijken welke financiële zaken u nog kunt regelen. In deze blog bespreek ik drie onderwerpen die relevant zijn."
1. Veranderingen in berekening belasting box 3
Ondanks een demissionair kabinet zijn er op Prinsjesdag 2023 belangrijke fiscale veranderingen aangekondigd, met nadruk op de belastingdruk in box 3. Vanaf 2023 wordt de forfaitaire spaarvariant toegepast voor de belastingberekening over vermogen in box 3, waarbij banktegoeden, overige bezittingen en schulden in verschillende categorieën worden ingedeeld.
Voor elke categorie geldt een ander forfaitair rendement, waarbij het rendement voor "overige bezittingen" vooraf wordt vastgesteld en voor de andere categorieën achteraf wordt berekend op basis van geschatte percentages. Deze percentages (0,01% voor banktegoeden, 6,17% voor overige bezittingen en 2,46% voor schulden) worden gebruikt om het rendement te bepalen.
De Box 3 belasting wordt berekend over het rendement na aftrek van het "rendement van de schulden," waarover in 2023 32% belasting wordt betaald, stijgend naar 34% in 2024. Overwegen om vermogen onder te brengen in een spaar-BV kan voordeliger zijn, omdat hier alleen het daadwerkelijk gerealiseerde rendement wordt belast, vooral gunstig bij de verhuur van vermogen.
2. Gevolgen en aanpassingen van de leegwaarderatio
Vanaf 2023 resulteert de aanpassing van de leegwaarderatio in verminderd voordeel bij de verhuur van woningen. De leegwaarderatio betekent dat verhuurde woningen niet voor de volle 100% van de WOZ-waarde worden meegerekend in box 3. Deze versobering geldt wanneer de jaarhuur meer dan 5% van de WOZ-waarde bedraagt. Uitzonderingen op de leegwaarderatio zijn van toepassing bij tijdelijke verhuur (twee jaar of korter) en bij te lage huren in gelieerde verhoudingen.
Opmerking! Misschien is het mogelijk tijdelijke huurcontracten om te zetten in langlopende huurcontracten. Dat kan voordelig zijn als de huur niet meer dan 5% van de WOZ-waarde bedraagt, omdat u dan gebruik kunt blijven maken van een lagere waardering.
3. Veranderingen in en toename belasting box 1
Sinds enige jaren wordt er in nederland een tweetarievenstelsel gehanteerd binnen de inkomstenbelasting in box 1. In 2023 is het tarief gehanteerd in de eerste schijf 36,93% en het toptarief (tweede schijf) 49,5%.
Per 1 januari 2024 zal het tarief in de eerste schijf licht toenemen met 0,04% naar 36.97% om precies te zijn. Ook de drempel wordt iets omhoog verlegd van € 37.149 naar € 38.098. Het tarief in schijf 2 blijft ongewijzigd. de drempel wordt wel verhoogd van € 73.031 naar € 75.518.
